"Allaahoemma baariek lenaa fie thamariena, wa baariek lenaa fie madieenatiena wa baariek lenaa fie saa'iena wa baariek lenaa fie moeddiena".
[1] Eén saa' is gelijk aan vier moedds en één moedd is gelijk aan twee handpalmen vol aan droogwaar. Saa' en Moedd zijn droge maten die men gebruikte voor landbouw productie door de Arabieren in de tijd van de profeet . Van de twee maten was de Saa' de grotere maat.