Ieder van ons kent het verhaal van Ibrahiem’s offer. En we zeggen dat het een beproeving en een test van Allah was. Maar begrijpen we werkelijk wat Ibrahiem meemaakte? Beseffen we echt wat het voor Ibrahiem betekende? Kunnen we echt ook maar iets begrijpen en leren van wat er is gebeurd? Ibrahiem , de aartsvader van het geloof. Wat heeft hij, profeet Ibrahiem bereikt?
Profeet Ibrahiem wordt in de Qoraan benoemd met chaliel-oel-Allah (de speciale vriend van Allah). In soerat an-Nisaa zegt Allah:
“En wie kan beter in zijn religie zijn dan degene die zijn gezicht (zichzelf) onderwerpt aan Allah en hij is een moehsin (iemand die goed doet). En volgt de religie van Ibrahiem hanifa. En Allah nam Ibrahiem als chaliel”
(Soerat an-nisaa:125)
Ook wordt hij beschreven in Soerat an- Nahl:
“Zeker, Ibrahiem was een oemmah (een leider die alle goede kwaliteiten heeft, of een natie) gehoorzaam aan Allah, hanifan (alleen ibadah aan Allah) en hij was niet een van de moeshrikien.”
(Soerat an-Nahl:120)
Profeet Ibrahiem werd geboren te midden van ster- en afgodenaanbidders van het volk van Chaldea in het huis van Azar, zijn vader. Zijn vader was maker van afgodsbeelden voor de stam. Ibrahiem leefde dus tussen de Koeffaar, maar was niet een van hen. Zoals een fontein van Tawheed uit het moeras van Shirk.
Soerat al-An’am:
“En herinner toen Ibrahiem tegen zijn vader Azar zei,” Neem jij afgodsbeelden als goden? Zeker, ik zie jou en je volk in een verafgedwaalde vergissing.”
(Soerat al-An’am:74)
Profeet Ibrahiem is de aartsvader van de Islaam, hij heeft de Ka’abah opgebouwd samen met Isma’iel.
Hij vernietigde de afgodsbeelden, vestigde Tawheed en vernietigde onwetendheid. Ibrahiem is na profeet Mohammed degene met de meest standvastige wil.
We lezen in de Tashahoed ook voor Ibrahiem en vele, vele ayaat vinden we in de Qoraan waarin we lezen hoe Profeet Ibrahiem met de afgodendienaren sprak, zijn rationele argumenten tegenover twijfel. Hoe hij omging met ongelovigen en hoe hij tegen zijn volk sprak, zoals met koning Nimrod:
“Hebben jullie niet nagedacht over hem die redetwistte met Ibrahiem over zijn Rabb, omdat Allah hem het koningsschap had gegeven? Toen Ibrahiem zei,” Mijn Rabb is Hij die het leven geeft en de dood brengt.” Hij zei,” Ik geef leven en breng de dood.” Ibrahiem zei: “Zeker, Allah laat de zon in het Oosten opkomen; laat jij hem opkomen uit het Westen.” Aldus was de ongelovige volkomen verslagen. En Allah leidt niet de Thalimoen.”
(Soerat al-Baqarah:258)
Een ander voorbeeld is het bekende verhaal uit zijn leven waarin hij de beelden stuk slaat om zijn volk zo te laten zien wat de waarheid is. Maar mensen zijn koppig en onwetend.
En net zoals altijd wanneer leugens worden verslagen met duidelijke argumenten en intelligentie veroorzaakt dit samenzwering en onderdrukking. Het antwoord van zijn mensen op zijn dawah (uitnodigen tot de Waarheid) vinden we in Soerat al-Ankaboet:
“Geen antwoord was er van Ibrahiems’ volk behalve dat zij zeiden: Vermoord hem of verbrand hem.”
(Soerat al-Ankaboet:24)
Ibrahiem kon zijn boodschap, zijn missie neerleggen en zichzelf redden en veilig stellen. Maar hij verkoos te sterven om Allah’s boodschap te laten leven. Hij verkoos het in het vuur van onwetendheid en onderdrukking te stappen om zo de mensheid te redden van het vuur. Aldus werd hij in het vuur gegooid.
Maar Allah had een ander plan voor Ibrahiem en hij werd niet geraakt, door Allah’s Hulp en Genade. De aya gaat verder:
“Vervolgens redde Allah hem van het Vuur. Zeker hierin zijn Tekenen voor mensen die geloven.”
Ibrahiem zei toen: “Hasbioe Allah wa na’ima el wakiel”: “Voor ons is Allah genoeg en Hij is de beste Beschikker over alle zaken.”
En Allah zei:
“Wij zeiden O Vuur! Wees koel en veilig voor Ibrahiem.”
(Soerat al-Anbiya:69)
Maar ondanks dit wonder veranderden de mensen niet maar hij bleef onveranderlijk standvastig in zijn geloof, geduldig onder zijn lijden, vriendelijk in zijn manieren totdat hij emigreerde. Dan uiteindelijk, na alle beproevingen, waaronder ook dat hij geen kinderen had, krijgt hij een zoon, Isma’iel. Alhamdoelillah.
Maar weer wordt Ibrahiem beproefd. Na hem te moeten achterlaten met Hadjar, komt nog de grootste beproeving. Als Isma’iel is opgegroeid krijgt Ibrahiem een droom: Hij moet zijn zoon offeren. In een hadieth van Ibn Abbas lezen we dat de dromen van profeten inspiraties zijn.
Wat deed Ibrahiem ? Hij gehoorzaamde direct, onderwierp zich aan Allah’s beproeving.
Wat kunnen we hier zelf uit leren? Na alle beproevingen die hij had doorstaan, bleef hij vasthouden aan Tawheed, weer beproefd!
Laat het zien dat de mens niet moet rusten en moet denken dat hij er is? Laat het zien dat de mens zich niet moet laten misleiden door Djihaad en overwinningen? Is het dat we altijd onze zwakte moeten erkennen? Laat het zien dat onze ogen zich teveel fixeren op waar we zoveel van houden in de doenja (wereldse leven) en dat het ons verblindt?
Stel je voor dat je je eigen kind moet offeren!!
We kunnen ons dat niet voorstellen. De profeten zijn de beste mensen en krijgen daarom ook de zwaarste beproevingen. Zij konden dat dragen. Maar toch zal het ook voor Ibrahiem wat hebben betekend.
Hoe kon Ibrahiem zijn geliefde zoon, de vrucht van zijn leven, de vreugde van zijn hart, offeren? Maar hij wist dat het van Allah kwam en Zijn Bevel was, dus goed, sobhanAllah.
Ibrahiem verkoos houden van Allah boven houden van zichzelf, profeetschap boven vaderschap, bewustzijn boven instinct, verantwoordelijkheid boven vreugde, Tawheed boven Shirk.
Ibrahiem zei tegen Isma’iel: “O mijn zoon! Ik zie in een droom dat ik jou offer. Zie nu wat jouw mening is.”
(Soerat as-Saffat:102)
Wat een woorden om van je vader te horen!! Isma’iel kon stil blijven of Ibrahiem vragen ervan af te zien. Maar Isma’iel had ook een sterke Iman. Hij gaf zich direct over aan Allah’s wil. Hij zei,
” O mijn vader! Doe zoals je bent bevolen. Je zult mij vinden, als Allah wil, geduldig.”
(Soerat as-Saffat:102)
Allahoe Akbar! SobhanAllah!
Isma’iel gaf zich vrijwillig als offer en liet zien hoe gehoorzaam en goed deze zoon was aan zijn Rabb en aan zijn vader.
“Aldus toen zij beiden hun wil hadden onderworpen en hij hem had neergelegd op zijn voorhoofd.”
(Soerat as-Saffat;103)
Ibn Abbas heeft gezegd dat Ibrahiem zijn zoon op zijn voorhoofd had neergelegd zodat hij niet zijn gezicht zag als hij hem zou doden.
Al-Soeddi zei,” Toen Ibrahiem het mes op Isma’iels keel zette sneed het niet. Er werd gezegd dat een koperen cirkel zijn keel omsloot zodat het mes niet kon snijden.”
Ibn Kathir zei,” Op dit moment riep Allah Ibrahiem en zei,
“O Ibrahiem! Je hebt de droom al vervuld.!”
Dit betekent dat het doel van de droom al was vervuld- namelijk de onderwerping aan de wil van Allah en gehoorzaam zijn aan Hem alleen.
“En we kochten hem vrij met een hoogst offer.”
Dit offer kwam in plaats van zijn zoon. Een witte ram met volmaakte ogen en horens die Ibrahiem gebonden vond aan een doornige plant op de Berg Thabir in Mekka (deze ram had 40 jaar in al-Djennah geleefd).
Ibrahiem won alles en behield Isma’iel!!
Dit betekent dat Allah geen bloed wil zoals hindoegoden.
Allah wilde niet dat Isma’iel geofferd werd. Allah heeft een dergelijk offer niet nodig.
De mens heeft Allah nodig, maar Allah heeft niets en niemand nodig. Hij is Onafhankelijk, Zichzelf genoeg.
Deze gebeurtenis gaat niet over de folteringen en de pijniging van de mensheid, maar over de perfectie van de menselijkheid, en de vrijheid van de gevangenis van instinct en zelfzucht en over de verheffing van de nafs (eigen-ik).
Deze gebeurtenis leert ons zoveel als we maar willen zien. Het leert ons over Ibrahiem, dat het menselijke leven, Isma’iels, Ibrahiems, ieders, zijn betekenis en waarde van Allah krijgt en niet van de natuur. Het betekent dat de goede dingen in het leven hun waarde verkrijgen niet om het feit dat ze bestaan maar door Allah.
Het betekent dat de goede dingen in het leven, hier gestalte gekregen door Isma’iel, hun waarde niet verkrijgen door het feit dat ze bestaan en gevorderd kunnen worden, plezier van kunnen hebben en er genoegen in scheppen, maar van Allah , de Bron van Schepping zelf.
Ibrahiem gaf Isma’iel terug en kreeg hem weer terug op de juiste grondslag.
Mensen verschillen in het onderwerpen, of aan Allah, of aan familie, volk, ras, of staat. Een wereldlijke nafs wijdt zijn plicht en onderwerping aan de wereld, volk, familie en een nafs die zich bewust is van zijn religie, al islaam, wijdt zich aan Allah in onderwerping. Voor iemand die vast zit aan een wereldse nafs is het misschien zo dat Ibrahiem zijn zoon wilde vermoorden maar iemand met zijn nafs onderworpen aan de Islaam, zich bewust is van Allah weet dat Ibrahiem zijn zoon wilde offeren. Ibrahiem leerde ons dat we absolute onderwerping en gehoorzaamheid verschuldigd zijn aan Allah alleen en het is onze relatie tot Allah die onze relaties met familie, volk enz. moet bepalen en overtreffen.
Er is zoveel te leren, te begrijpen en te ontdekken aan dit stukje geschiedenis. Dit zijn slechts enkele mogelijke benaderingen. Mogelijk, want begrijpen we echt? Ibrahiem liet ons zien kritisch te zijn over of we echt oprechte, ware Iman hebben bereikt en of we echt de zaken goed begrijpen.
Hoe ver weg zijn we nog van die sterke Iman. Hoe ver zijn we nog verwijderd van de onderwerping aan Allah en de gehele doenja achter ons kunnen laten?
Ibrahiem moest zijn zoon offeren. Zo hoog is onze opdracht niet. Op een dergelijk niveau hoeven we niet te kiezen.
Maar…..Wij hebben zeker zaken die we achter ons moeten laten. Los moeten kunnen laten als offer voor onze dien (religie). Is het onze status? Onze positie? Ons geld? Ons huis? Onze roem? Kleding, schoonheid, kracht, carrière enz.?
Hoe weten we wat ons toch nog tegenhoudt? Wat verzwakt je van de weg van Islaam? Wat stopt je in je voortgang? Wat brengt twijfel in je verantwoordelijkheid? Wat leidt tot compromissen en excuses?
Dat wat je oren doof laat zijn voor de Waarheid. Dat wat je weg laat blijven van je verplichtingen. Wie of wat laat je achterblijven?
En zie als we offeren (niet in de letterlijke zin), maar opgeven wat ons weghoudt van de islaam dan zullen we niet verliezen. Nu niet en in het Hiernamaals niet. We offeren hetgeen ons tegenhoudt in de totale onderwerping aan Allah en het verrichten van de goede daden. Want ook dat is wat het verhaal van Ibrahiem ons vertelt. Hij rustte niet, ging door onder alle omstandigheden met dawa’ah en goede daden. Want hoe is het mogelijk dat iemands hart weet dat hij Allah zal ontmoeten, dat Allah alles ziet, alles hoort, alles weet, open en verborgen en dat hij voor Allah zal komen te staan.
“Toen hij tot zijn vader en zijn volk zei,” Wensen jullie als een verzinsel goden naast Allah. Wat stellen jullie je voor van de Rabb el ‘Alamien?”
(Soerat as-Saffat:85,86,87)
Wat verwachten jullie van Allah als jullie je niet totaal aan Hem onderwerpen? Als we dit verder overpeinzen realiseren we ons dat goede verwachtingen van Allah gelijk zijn aan goede daden want een ieder wordt aangezet tot goede daden te doen door goede hoop aan Allah, dat hij beloond zal worden voor zijn pogingen en zijn gehoorzaamheid en dat begint bij het onderzoeken van onze nafs, onze zwakheden bestrijden, offeren en zo dichter bij Allah te komen. Dan pas kunnen we zelf sterker worden, als oemmah sterker worden, en de echte messen verwijderen van de kelen van de onderdrukte moeslims overal ter wereld.
Herinner onze Eid: een Eid van blijheid, broederschap maar ook een Eid van offer (adha).