Alle lof zij Allah en vrede en zegeningen zij met degene na wie geen andere Profeet zal komen, Mohammed en vrede zij met zijn familieleden, zijn vrouwen en zijn metgezellen.
Het is bekend dat de Islamitische geloofsleer invloed heeft op alle facetten van het leven van de moslim. Het is dan ook zo dat er geen zaak bestaat of de Islam kent hierover wel een oordeel: het zij dat deze verboden, aanbevolen, afgeraden of toegestaan is. De ware moslim houdt zich slechts bezig met datgene wat leidt tot het Welbehagen van Allah en houdt zich verre verwijderd van datgene wat de Woede van Allah opwekt. Dit voor wat betreft zijn geloofsovertuiging, uitspraken of daden. Op deze wijze maakt hij de volgende Woorden van Allah waar (interpretatie van de betekenis):
"Zeg: ,,Waarlijk, mijn gebed, mijn offer, mijn leven en mijn sterven zijn opgedragen aan Allah: de Heer der Werelden." (Soerat al-Ancaam: 162)
Wil de moslim volgens de door Allah voorgeschreven leefwijze leven dan dient hij op de hoogte te zijn van de voorschriften die opgenomen zijn in het Boek van Allah en de Soennah van de Profeet (vrede zij met hem). Het betaamt de moslim niet om de spot te drijven met welke van deze goddelijke bepalingen dan ook. Omdat deze door Allah in het leven zijn geroepen ten bate van de dienaren in het wereldse leven en in het Hiernamaals.
De Soenan met betrekking tot het eten
Helaas hebben vele moslims echter een groot aantal van deze goddelijke bepalingen in de steek gelaten en hebben zij vele Soenan links laten liggen. Tot zo een niveau dat deze bijna compleet in de vergetelheid zijn geraakt. Het is dan ook de taak van de geleerden om deze Soenan nieuw leven in te blazen en deze bekend te maken onder de mensen. Daarnaast is het aan de moslims om zich deze Soenan eigen te maken en te laten prevaleren. Tot deze Soenan behoren aanbevolen zaken maar velen ervan zijn verplicht. Denk bijvoorbeeld aan de lofuitingen bij het binnentreden van de woning. Opdat de shaytaan deze niet zal kunnen betreden. Denk ook aan de lofuitingen voor het eten want anders zullen de shayaatien (mv. shaytaan) met ons mee-eten. Zo overlevert cAa'ishah dat de Profeet (vrede zij met hem) aan het eten was met zes van zijn metgezellen waarna een bedoeïen zich voegde bij dit gezelschap en gretig begon te eten waardoor het eten erg snel op was. Hierop zei de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem): "Als hij 'Bismillah' had gezegd dan was het eten voldoende geweest voor jullie allen." (Aboe Daawoed en at-Tirmidhi)
Ook was er eens een man aan het eten terwijl de Profeet (vrede zij met hem) naar hem keek. Hij (deze man) had pas 'Bismillah' gezegd nadat hij bijna klaar was met zijn eten. Hierop zei hij: "Bismillah Awwalihi wa Aaghirihi (In de Naam van Allah, in het begin en aan het einde (van dit maaltijd)." Toen zei de Profeet (vrede zij met hem): "De hele tijd at de shaytaan met hem mee, totdat hij 'Bismillah' zei. Daarna spuugde hij (de shaytaan) alles wat er zich in zijn buik bevond uit." (Aboe Daawoed en an-Nasaa'i)
Tevens dient een moslim te eten, te drinken, te geven en aan te nemen met zijn rechterhand. Dit op basis van de uitspraak van de Profeet (vrede zij met hem): "Waarlijk, laat niemand van jullie met zijn linkerhand eten en drinken want voorwaar, het is de shaytaan die met zijn linkerhand eet en drinkt." (Moeslim)
Aboe Hoerayrah overlevert dat de Profeet (vrede zij met hem) zei: "Waarlijk, laat eenieder van jullie met zijn rechterhand eten, met zijn rechterhand drinken, met zijn rechterhand aannemen en met zijn rechterhand geven. Want waarlijk, het is de shaytaan die met zijn linkerhand eet, met zijn linkerhand drinkt, met zijn linkerhand aanneemt en met zijn linkerhand geeft." (Maadjah)
De moslim dient ook te eten van zijn kant van de bord. cOmar ibnoe abi Salamah overlevert: "Ik was nog een kind dat onder de voogdijschap viel van de Boodschapper van Allah. Als ik at ging ik met mijn hand de hele bord langs. Hierop zei de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem): "O kind, zeg: ,,Bismillahi Tacaala," en eet met jouw rechterhand en eet van datgene wat voor jou ligt." (al-Boechari en Moeslim)
Het is afgeraden om tijdens het eten op je zijde te liggen. Dit op basis van de uitspraak van de Profeet (vrede zij met hem): “Ik eet niet liggend op mijn zijde.” (al-Boechari en Moeslim)
Het is daarnaast aanbevolen om te eten met drie vingers en om deze af te likken nadat je uitgegeten bent. Het is gewenst om de bord schoon te likken zoals het ook gewenst is om eten wat op de grond is gevallen op te rapen, dit vervolgens te ontdoen van eventuele viezigheid en op te eten zodat dit niet achterblijft voor de shaytaan. Kacb ibnoe Maalik overlevert: “Ik zag de Profeet (vrede zij met hem) met drie vingers eten en als hij klaar was dan likte hij deze af.” (Moeslim)
Djaabir overlevert dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Als iemands eten op de grond valt laat hem dit dan oprapen en de viezigheid ervan afvegen en vervolgens opeten. En laat hem dit niet achterlaten voor de shaytaan. En laat hem niet zijn handen aan een doek afvegen voordat hij zijn vingers heeft afgelikt, want hij weet niet in welk deel van het eten de zegeningen verborgen ligt.” (Moeslim)
De Soenan met betrekking tot het drinken
Het is niet alleen spijtig dat deze Soenan in de steek zijn gelaten, maar nog veel erger is het dat wanneer sommige moslims op de hoogte hiervan worden gebracht zij zich hoogmoedig afwenden van deze Soenan. Dit vanwege de verkeerde gebruiken waarmee zij zijn opgevoed of wellicht vanwege angst dat de mensen opmerkingen hierover zullen maken. Al deze excuses zijn natuurlijk ongegrond. Hoe kan iemand überhaupt de mensen tevreden willen stellen terwijl dit tegen de leiding in gaat van de Profeet (vrede zij met hem). Allah zegt immers wat als volgt vertaald kan worden:
“En waarmee de Boodschapper tot jullie is gekomen neemt dat dan en wat hij jullie verbiedt onthoudt jullie daarvan.” (Soerat al-Hashr: 7)
Als wij het hebben over de Soenan van het drinken dan melden wij als eerste dat dit zittend dient te gebeuren. Anas overlevert dat de Profeet (vrede zij met hem) het heeft afgeraden dat iemand staand drinkt. Qataadah vroeg daarna aan Anas: “Hoe zit dit met eten?” Hij antwoordde: “Dit is nog erger of afschuwelijker.” (Moeslim)
Het 'afgeraden' in deze overlevering duidt echter op de onwenselijkheid van het staand drinken en niet op het verbod hiervan. Dit op basis van de overlevering van Ibn cAbbaas waarin hij zegt: “Ik gaf de Profeet (vrede zij met hem) te drinken uit (de bron van) Zamzam. Waarna hij staand dronk.” (al-Boechari en Moeslim)
cAbd Allah ibnoe cOmar overlevert: “Tijdens het leven van de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) aten wij terwijl wij liepen en dronken wij terwijl wij stonden.” (at-Tirmidhi)
Het is aanbevolen om in drie teugen te drinken en om niet in de drinkbeker uit te ademen maar daarbuiten. Anas overlevert dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) het drinken drie keer onderbrak om buiten de drinkbeker te ademen. (al-Boechari en Moeslim)
Ook is het gewenst voor degene die anderen te drinken geeft als laatste zelf te drinken. Dit op basis van de uitspraak van de Profeet (vrede zij met hem): “Degene die anderen te drinken geeft dient als laatste te drinken.” (at-Tirmidhi)
Wanneer iemand anderen te drinken geeft, dient hij aan zijn rechterkant te beginnen ook al is degene aan zijn rechterkant nog zo jong en degene aan zijn linkerkant een oude man. Behalve natuurlijk wanneer degene aan de rechterkant toestemming geeft om een ander voor te laten. Dit omdat toen de Profeet (vrede zij met hem) aangelengde melk te drinken werd geboden, terwijl er een bedoeïen aan zijn rechterkant zat en Aboe Bakr aan zijn linkerkant zat, liet hij de bedoeïen als eerste drinken en zei: “Je gaat de mensen af beginnend bij rechts.” (al-Boechari en Moeslim)
Sahl ibnoe Sacd overlevert dat toen de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) te drinken werd geboden, terwijl er een kind aan zijn rechterkant zat en een verzameling oude mannen aan zijn linkerkant zat, hij tegen het kind zei: “Geef je mij toestemming om hen als eerste te drinken te geven?” Hierop zei de jongen: “Nee, bij Allah, ik sta mijn kans om na u te drinken aan niemand af. Waarna de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) het drinkgerei in zijn handen plaatste.” (al-Boechari en Moeslim)
Overige Soenan met betrekking tot het eten en drinken
Het behoort tot de Soennah om met z’n allen uit één bord te eten. Dit op basis van de uitspraak van de Profeet (vrede zij met hem): “Eet gezamenlijk en gaat niet uit elkaar zitten. Want waarlijk, het eten van één persoon volstaat twee en het eten van twee personen volstaat drie en vier personen. Eet gezamenlijk en gaat niet uit elkaar zitten. Want waarlijk, de zegeningen zijn met de groep.” (hasan bevonden door al-Albaani)
De Profeet (vrede zij met hem) heeft nooit geklaagd over datgene wat hij voorgeschoteld kreeg. Als het hem niet beviel dan liet hij het staan en als hij het lekker vond dan at hij het. Soms prijsde hij het eten. Djaabir overlevert dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zijn vrouw om iets vloeibaars vroeg om daarin zijn brood in te dopen. Er werd toen gezegd: “Wij hebben niets, behalve azijn.” Hij vroeg hierom en begon dit te eten, terwijl hij zei: “Azijn is goed om erin te soppen. Azijn is goed om erin te soppen. Azijn is goed om erin te soppen.” (Moeslim)
Het is gewenst de handen na het eten te wassen. In het bijzonder voordat men gaat slapen. Aboe Hoerayrah overlevert dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Wie slaapt terwijl z’n handen naar vlees ruiken, waarna hem iets overkomt, dan heeft hij dit geheel aan zichzelf te danken.” (Aboe Daawoed, at-Tirmidhi, Ibn Maadjah en sahih verklaard door al-Albaani)
Zoals het verplicht is om te beginnen met eten door het zeggen van ‘Bismillah’ is het ook verplicht om te eindigen met het betuigen van dank aan Allah voor dit eten. De Profeet (vrede zij met hem) zei: “Waarlijk, Allah is zeker tevreden met de dienaar als hij na het eten ‘Alhamdoelillah’ zegt en na het drinken (wederom) ‘Alhamdoelillah’ zegt.” (Moeslim)
Tenslotte, vragen wij Allah om ons te doen behoren tot Zijn dankbare en gehoorzame dienaren. Vrede en zegeningen zij met Mohammed en met zijn familieleden en metgezellen.