Voor een kind bij het begrafenisgebed

Voor een kind bij het begrafenisgebed

160."O Allah, bescherm hem tegen de kwelling van het graf." [1]

Men kan ook zeggen: "O Allah, maak van hem een voorloper, een voorbode en een schat voor zijn ouders en een geaccepteerde bemiddelaar bij zijn Heer. O Allah, laat hem zwaar wegen in hun weegschalen (van de ouders) en hun beloningen vergroten. O Allah, laat hem behoren tot de oprechte gelovigen. Laat hem in de bescherming genieten van Ibrahim (vrede zij met hem). Red hem met Uw genade tegen de kwelling van het Hellevuur. Geef hem een beter huis dan zijn huis en een betere familie dan zijn familie. O Allah, vergeef degene die voor ons zijn gekomen, onze kinderen en degene die na ons volgen in het geloof." [2].

"Çááøóåõãøó ÃóÚöÐúåõ ãöäú ÚóÐóÇÈö ÇáúÞóÈúÑö" æ Åä ÞÇá:"Çááøóåõãøó ÇÌúÚóáúåõ ÝóÑóØÇð æó ÐõÎúÑðÇ áöæóÇáöÏóíúåö, æó ÔóÝöíÚðÇ ãõÌóÇÈðÇ. Çááøóåõãøó ËóÞøöáú Èöåö ãóæóÇÒöíäóåõãóÇ æó ÃóÚúÙöãú Èöåö ÃõÌõæÑóåõãóÇ, æó ÃóáúÍöÞúåõ ÈöÕóÇáöÍö ÇáúãõÄúãöäöíäó, æ óÇÌúÚóáúåõ Ýöí ßóÝóÇáóÉö ÅöÈúÑóÇåöíãó, æó Þöåö ÈöÑóÍúãóÊößó ÚóÐóÇÈó ÇáúÌóÍöíã, æó ÃóÈúÏöáúåõ ÏóÇÑðÇ ÎóíúÑðÇ ãöäú ÏóÇÑöåö, æó ÃóåúáÇð ÎóíúÑðÇ ãöäú Ãóåúáöåö, Çááøóåõãøó ÇÛúÝöÑú áÃóÓúáÇóÝöäóÇ, æó ÃóÝúÑóÇØöäóÇ, æó ãóäú ÓóÈóÞóäóÇ ÈöÇáÅöíãóÇä."


"Allaahoemma a'iedh-hoe mien 'adhaabie alqabrie (men kan ook zeggen): "Allaahoemma dj'alhoe farathan wa dokhrahn liewaaliedayhie, wa shafiee'an moedjaaban. Allaahoemma thaqqiel biehie mawaazieenahoema wa a'dhiem biehie oedjoeerahoema, wa alh'ieqhoe biesaalieh'ie l-moe-emienieena wadj'alhoe fie kafaalatie iebraahiema wa qiehie bierah'matieka 'adhaaba ldjah'ieem wa abdielhoe daaran khayran mien daarieh, wa ahlan khayran mien ahlieh, Allaahoemma ghfier lie-adienaariena wa afraathiena wa men sabaqana biel ieemaan"



161. O Allah, maak hem voor ons een voorloper, een voorbode en een beloning. [3].

"Çááøóåõãøó ÇÌúÚóáúåõ áóäóÇ ÝóÑóØÇð, æó ÓóáóÝðÇ, æó ÃðÌúÑðÇ."


'Allaahoemma dj'alhoe lenaa farathan, wa salafan, wa adjran"




[1] Sa'id Ibn Al-Moesayyieb heeft gezegd: "Ik heb een begrafenisgebed achter Aboe Hoerayrah gebeden voor een kind die geen enkele zonden begaan had. Ik hoorde hem zeggen … (zie smeekbede 160 hierboven)." Overgeleverd door Maaliek in Al-Moewatta-e 1/288, Ibn Abie Shaybah in Al-Moesannaf 3/217 en Al-Bayhaqie 4/9. De keten van overleveraars is authentiek gekwalificeerd door Shoe'ayb Al-Arnaa-oet in zijn onderzoek bij de uitleg van de Soennah van Al-Baghawie 5/357.
[2] Al-Moeghnie van Ibn-Qoedaamah 3/416 en Ad-doeroes Al-Moehiemmah lie 'aammatie Al-Oemmah van Sheikh 'Abdel-'Aziz Ibn Baaz, blz.15.
[2] Al-H'assan reciteerde Al-Fatiha over een overleden kind en noemde de smeekbede hierboven. Overgeleverd door Al-Baghawie in Sharh' As-soennah 5/357, 'Abd Ar-razzaaq onder het nummer 6588. Al-Boekharie heeft deze overlevering geplaatst in Kietaab Al-djanaa-iez blz.65, in het deel over de recitatie van Al-Fatiha over de overledene 2/113.
Geplaatst:
Afdrukken